donderdag 19 maart 2015

De mythe van het materiaal

Er is geen koers waar verkeerd materiaal zo'n genadeloos effect kan hebben dan Parijs-Roubaix. Banden, wielen, speciale frames, dik stuurlint, crossfietsen en speciale zadels. Werkelijk alles wordt door de mecaniciens van topploegen uit de kast getrokken.
Toch ben ik zelf meer en meer er van overtuigd dat we het niet moeten overdrijven. Natuurlijk is de discussie van het materiaal wat tijdens Parijs-Roubaix wordt ingezet een onderdeel van de mythe maar is het echt allemaal zo belangrijk?

We moeten natuurlijk een onderscheid maken tussen een prof die tijdens de tweede zondag van april als eerste op de wielerbaan wil komen of een wielertoerist waar uitrijden doorgaans al meer dan voldoende uitdaging voor is.

Laten we beginnen met de profs. Economische aspecten spellen bij de beste ploegen geen enkele rol, maar marketing en imago des te meer. Ploegen die kandidaat winnaars hebben kunnen aan een hoop extra marketing exposure komen door flink hocus-pocus over het materiaal te doen.
Afgelopen weken probeerde een fietsfabrikant nog de naam Roubaix te kunnen claimen. Het ging om een Amerikaanse fabrikant en Amerikanen hebben nu eenmaal het gevoel dat ze de baas zijn van deze wereld. Toch laat dit naamconflict (ik ben er op deze blog bewust niet op ingegaan omdat ze als genoeg reclame kregen) prachtig zien hoe belangrijk Parijs-Roubaix voor sommige fietsfabrikanten is. Er is ook geen klassieker waar zoveel fietsen naar genoemd zijn. Over alle koersen doen alleen Tour, Giro en WK het beter.
Zodra marketing een belangrijke rol gaat spelen is het als consument verstandig om eens goed te kijken wat wel en niet relevant is.

Zelf heb ik inmiddels met een enorme diversiteit aan fietsen, wielen en banden op het parcours van Parijs-Roubaix gereden. Wat er in mijn ogen overblijft zijn maar drie dingen:
- de hoogte van de band
- bandendruk
- ruimte voor je banden (bij natte edities van belang)

De rest is echt hocus-pocus. Leuk voor filmpje op YouTube om extra reclame te maken. Tom Boonen of Fabian Cancellara winnen op iedere fiets als bovenstaande drie aspecten maar goed geregeld zijn.
Hoge banden betekend dat je brede banden moet nemen want ze zijn nu eenmaal (nagenoeg) rond. Dus kom je op minimaal 25 maar liever nog 27,28 of zelfs 30mm.
Er zijn profs die rijden met crosstubes waar "gewoon" profiel op zit.
Niet alle profs hebben echter de vrijheid over hun keuze voor de banden en soms kan je dat gewoon een overwinning kosten. Zo ben ik er 100% van overtuigd dat Peter van Petegem door gebrek aan vrijheid hij niet uit deze koers heeft gehaald wat erin zat.
Vooral bij TVM moest hij banden (geen tubes) rijden die voor een koers als Parijs-Roubaix gewoon een slechte keuze zijn. Met een andere keuze had hij zeker een keer een kassei vanuit "de Hel" richting de hemel mogen heffen.

Toch is het prachtig als begin april al die nieuwtjes en discussies over materiaal weer de kop opsteken. Ik ga al jaren op de donderdag of vrijdag voor de koers op het parcours kijken en rij een stukje mee met wat profploegen. De meeste rijden gewoon op hoge carbon velgen. Lek betekend dan doorgaans ook wel een kapotte velg, maar voor jongens van dit niveau is dat geen enkel bezwaar.

Ik heb zelf zeker 50 keer op het parcours van Parijs-Roubaix gefietst. Soms een paar stroken, maar ook al vier keer een volledige editie. Nooit iets bijzonders gehad en zelfs belachelijk weinig lek op de hoeveelheid keren dat ik er gefietst heb. Buiten de banden hou ik ook nergens anders meer rekening mee. Als je niet op de stenen kan rijden helpen al die dingen echt geen moer. Mooi voor de verhalen.

Toch mag van mij de mythe in stand blijven. Ik kan daarom nu al uitkijken hoe de pers over drie maanden zich weer door al die ploegen laten misbruiken om extra reclame voor frames, wielen, banden, sturen en zadels te maken. Spannende verhalen over nieuwe snufjes en sommige ploegen zijn afgelopen weken al in de hel wezen testen.

Wielertoeristen die bij hun editie van de Hellekoers niet over een materiaalwagen beschikken kunnen wellicht beter de keus maken om met handgespaakte wielen te rijden met 32 of 36 spaken. Als bij een modern systeemwiel een spaak breekt is de slag doorgaans zo groot dat doorrijden niet meer mogelijk is.
Breek je in een wiel met 32/36 een spaak is en doorgaans niet veel aan de hand en kan je je rit vervolgen.

Verder als wielertoerist gewoon lekker brede banden nemen en er zo weinig lucht in doen dat je net niet op de velg kan stoten. Met een los wiel kan je dat testen op de deurpost door het wiel er horizontaal tegen aan te drukken door bruusk met je volle gewicht de band in te drukken.


Foto: Profs tijdens de verkenning van 2010. Let op de 16 spaaks wielen! Was echter geen garantie 
voor parourskennis en ze begrepen als snel dat ze wat dat betreft bij ons in goede handen waren.

2 opmerkingen:

  1. 20 jaar daar fietsen nooit lek geweest op de kasseien met een koersfiets jaren 80 met tuben, dat ging prachtig op de kasseien. Noot wel tweemaal lek gevallen op de asfaltstroken. Ook mag er geen glas liggen op de kasseien. Ik ken de plaatsen waar Franse kinderen tijdens de Paasvakantie glas kapot maken tussen de kasseien enkel om het plezier van een renner daar te zien lek vallen. groetjes Toertocht Kasseien Vreten

    BeantwoordenVerwijderen
  2. Mooie èn sterke wielen? Maak wielen met DT Swiss Revolution spaken in je voorwiel en DT Alpine in je achterwiel. Zware berijders? Geen enkel probleem!

    BeantwoordenVerwijderen