zaterdag 26 september 2020

Het Bos als wielertoerist

Voor wielertoeristen die graag op de Noord Franse kasseien rijden had 2020 een mooi jaar kunnen zijn.
Op 11 april stond de Paris-Roubaix Challenge gepland en op 10 mei zou de traditionele toertocht van Velo Club Roubaix gereden worden.
Beide zijn door de Corona-crisis geannuleerd. Voor de Challenge leek even een alternatieve datum te komen maar is ook definitief van de kalender geschrapt.
Logisch maar wel zuur en menig wielertoerist blijft op z'n honger zitten.
 
Om als wielertoerist toch een beetje in de sfeer van Parijs-Roubaix te zitten heb ik een oud avontuur afgestoft:
Hieronder een ingekort verslag wat ik maakte de dag na de 2010 editie voor toerfietsers. Leef mee hoe het Bos door een wielertoerist wordt ondergaan:

Een van de meest mythische plekken voor de wielersport. Het Bos van Wallers Arenberg, de loopgraaf van Arenberg, La Drève des Boules d'Hérin, Trouée d'Arenberg, maar wellicht zijn er nog meer namen voor.
Welke naam je ook gebruikt. Als je begrijpt waar het over gaat spreek je hem met respect uit.
Zo’n strook behandel je met respect. Natuurlijk heeft deze strook nooit op een directe manier invloed op het koersresultaat gehad. 
Daarvoor zit deze martelkamer te vroeg voor in de koers.
Maar wel indirect, want je wordt compleet gesloopt. Niet een beetje, maar compleet. Het Bos van Wallers bevat ook geen gewone kasseien maar een soort afdankertjes.
Geen mooi rechthoekig geklopte stenen, maar een bij elkaar geraapt zooitje keien, die als je het zo ziet door straal bezopen stratenmakers zijn neergekwakt.

Sinds 1968 maakt deze strook deel uit van Parijs-Roubaix. Het parcours is toen een stuk naar het oosten geschoven om toch aan voldoende kasseistroken te komen.
Sommige zullen het Bos van Wallers een weg uit de prehistorie vinden, maar strikt genomen is het één van de mijlpalen van de moderne Parijs-Roubaix.
De passage van het Bos van Wallers was er dit (2010) jaar voor wielertoeristen niet zomaar een. Vlak voor we de controlepost in Arenberg bereikte was Pluvius bezig al het overtollige water over boord te smijten.
Onweer in combinatie met een zondvloed aan regen. Wind tegen en spek maar dan ook spek gladde kasseien.
Nagenoeg alle fietsers bleven bij het mijngebouw staan schuilen. Overigens niet slim want hoe langer er water op kasseien valt hoe slechter ze erbij gaan liggen.
M’n fietsmaatjes en ik besloten een stempel te halen en direct door te gaan.
Apocalyptisch is het woord wat het meest in de buurt kwam.

Heel dreigend riepen we nog door het oude mijngebouw: "wij gaan hoor".
Tientallen fietsers keken mij aan als krijgsgevangen die geen uitweg meer zagen. Besmeurde gezichten met inmiddels forse tekenen van afzien met een grote A.
 

Ik maakte nog een foto en pakte m’n Coppi die geen mooier pavé debuut had kunnen maken dan dit. Zelfs sterven moet je in schoonheid doen en ik was on a mission.
Er viel zoveel regen dat het zeer deed aan je armen en gezicht.
Ik bedacht dat de pijn snel niet op zou vallen. Zodra we op de stenen zijn voel ik de regen niet meer bedacht ik nog.
Bij het oprijden van het bos genoten we van wat ijzersterke supporters. Onder druipende paraplu's stonden een paar mensen te wachten op hun fietsers.
Teleurgesteld dat die maar wegbleven kozen ze ervoor om dan maar ons hartstochtelijk aan te moedigen.

Pluvius was in een supervorm. De opspattende modder op m’n benen was kansloos. Want van boven kwam er meer water. Nog meer water.
De kasseien in het Bos van Wallers worden alleen met een paar koersdagen per jaar met auto’s bereden dus het gras heeft er zijn intrek genomen.
Gras op kasseien...........glad, gladder, gladst en daarna heb je nog het Bos van Wallers in de regen.
Concentratie, kracht en stuurmanskunst en de absolute wil om dit te doen zijn de ingrediënten om deze afschuwelijke 2400 meter onder je door te schuiven.
Sommige zullen nu hun wenkbrauwen fronzen en hoe komt het dan dat bijna ieder voor het asfaltpaadje koos?
 
Eigenlijk staat er bij het oprijden van Wallers een groot virtueel bord: Mannen links, jongens rechts.
Deze strook is de absolute belichaming van dit begrip.
Toch moet ik toegeven dat ik meermaals verlekkerd naar het asfaltstrookje heb gekeken. Als een roker die net een paar weken is gestopt en door z’n eeuwige liefde aan de kant is gezet.
Het pakje sigaretten ligt aan de andere kant van de tafel. Je hoeft alleen je hand maar uit te steken.
Nergens is verleiding zo dichtbij maar nergens geeft het negeren van de verleiding zo’n voldoening.
Vijf minuten de duivel van je nek houden. Ik keek op m’n horloge bij het op en afrijden en had slechts vijf minuten nodig.
Beukende regen. Wind tegen en spekglad. Ook vijf minuten van euforie. Het gevoel dit te kunnen en dit te ervaren.
Aan het eind van de strook stond m’n lief en ik was nog nooit zo blij haar te zien, maar ze heeft nog nooit zo weinig aan me gehad.
In vijf minuten naar de kloten. Snot langs je mond, je kont beurs, je handen verkrampt.
Maar eigenlijk.......eigenlijk...............m’n mooiste fietsmoment.
"De Hel" onder duivels omstandigheden................ik kan ook van minder dromen.


Foto's:"Yellowcube" Roeland

2 opmerkingen:

  1. Prachtig! Voor onze volgers was dit ook de zwaarste strook. Veel opgevers aan het einde van het bos bij de parkeerplaats.

    BeantwoordenVerwijderen
  2. Lekker om op een zondagochtend met een bakje koffie erbij nog eens aan terug te denken.

    En uiteraard geweldige foto's van Roeland!

    BeantwoordenVerwijderen