In het moderne (na de 2e wereldoorlog) wielrennen is er in Milaan-San-Remo vijfentwintig keer een winnaar over de streep gegaan die ook in z’n carrière Parijs-Roubaix wist te winnen.
Die cijfers liggen op hetzelfde niveau als bij de Ronde van Vlaanderen.
Oppervlakkig gezien misschien opmerkelijk cijfers.
Toch ligt de fysieke gesteldheid die nodig is om Milaan-San Remo te winnen dicht tegen de eisen die we stellen aan een potentiele winnaar voor Parijs-Roubaix.
Een zeer groot uithoudingsvermogen en groot tactisch inzicht.
Dat wil niet zeggen dat we alle winnaars van Milaan-San Remo geschikt zijn om Parijs-Roubaix te winnen. Toch geeft Milaan-San Remo een mooie indicatie wat we de rest van het voorjaar mogen verwachten.
Een prima “smoes” om eens bij de start en de doorkomst van de Poggio een kijkje te gaan nemen.
De koers zou om tien uur starten, maar toen we om half negen op de startlocatie aankwamen stonden alle ploegenbussen al opgesteld.
Alle renners nog in de bus als leeuwen die ieder moment losgelaten kunnen worden. Eigenlijk heeft het zelfs wel iets pervers, iets ranzigs.
Duizenden fans krioelen om de bussen en niemendalletjes van gordijntjes moeten de renners enige privacy geven.
Als renners van naam de bus verlaten gaat dat gepaard met een salvo van camera geluiden, gebiets om handtekeningen en vele "samen op de fotoverzoekjes".
Mecaniciens en verzorgers gaan in de tussentijd onverstoord door met het in orde maken van fietsen en volgauto’s.
Sommige renners maken een praatje, andere rijden zenuwachtig heen en weer. Wat ze ook doen het zorgt voor een langzaam aanzwellende sfeer.
Dit alles opgejaagd door de mircofonist die de renners op het podium ontvangt om het controleblad te tekenen.
Voor de start wordt een minuut stilte gehouden voor de slachtoffers van het tragische busongeluk in Zwitserland. Indrukwekkend als 200 renners en duizenden supports echt stil zijn.
Precies om tien uur vertrokken de renners geneutraliseerd richting het zuiden.
Voor ons het signaal om snel in de auto te springen en eveneens de kust op te zoeken.
Daar sprongen we zelf op de fiets om de finale te rijden. Eerst over de Cipressa en daarna de Poggio op.
Op de Poggio een mooi plekje gezocht om de renners langs te zien komen.
Een klein grasveld, een handje Italianen met een TV trokken ons over de streep om op 1 kilometer voor de top post te vatten.
Een rondje stroopwafels deed het ijs breken en het werd een heel bijzondere wielermiddag.
Twee dikke motoren van de politie waren de eerste aankondiging dat de renners er nu snel aan konden komen.
Vip auto’s en meer motoren en een helikopter zorgde voor een bizar spannende en bijna hallucinante sfeer.
Nog meer auto’s. Nog meer motoren.
De Tifosi die tot nu toe rustig in het gras en op muurtjes hadden gezeten werden massaal nerveus.
Allemaal gespannen gezichten of het hun eigen kinderen en broers gaat die in aantocht zijn.
Het geroezemoes nam toe en er werd druk omlaag gewezen. Hier en daar tussen de vele bloemenkassen zag je al wat ploegleidersauto’s en renners aankomen.
De spanning steeg naar een onwerkelijk niveau. Ieder wilde nu renners zien. De auto van de wedstrijdleiding kwam om de hoek en de aandacht voor de TV was helemaal weg.
Ieder tuurde nu strak naar de bocht. Een Movistar renner. Wie is het?
Dolle paniek onder het publiek.
Is het Valverde? Nee......nee Wie wel. Kan hij dat volhouden?
Vlak achter hem een Liquigas renner. Ook daar vertwijfeling over. Ondanks dat we op een plek staan waar de renners toch al even aan het klimmen zijn stuiven ze werkelijk voorbij.
Twee renners van Rabo leiden de achtervolging.
In hun wiel een aantal kanshebbers waarvan sommige eerder dood dan levend op de fiets zitten. Het is nog 1 kilometer naar de verlossende top.
De Poggio is geen lastige beklimming. Zelfs een ongetrainde wielertoerist rijdt hier vrij makkelijk omhoog.
Maar niet met het een verschroeiend tempo waar deze eerste groep mee omhoog stormt.
Onwerkelijk maar de meeste zitten ook gewoon dood te gaan!
Nadat de eerste 30 renners waren gepasseerd concentreerde ieder zich weer op de TV.
De renners waren inmiddels aan de dolle afdaling begonnen.
Cancellara werd direct herkent evenals Nibali. Toen duidelijk werd dat Gerrans de derde was geloofde de Italianen eigenlijk al niet meer in de kansen van Nibali.
Cancellara had geen andere mogelijkheid meer en zat gevangen. Wellicht de sterkste, maar wielrennen is ook een beetje poker spelen.
In de laatste kilometer werd het nog gruwelijk spannend en de achtervolgers waren zeer kort genaderd.
Nibali, Gerrans en Cancellara mochten niet meer stilvallen en hadden maar net genoeg om met z’n drieën de podiumplaatsen te verdelen.
Tussen vijftien nagelbijtende Italianen stond ik stiekem te hopen dat Cancellara het toch ging halen.
Dat Nibali niet meespeelde werd snel duidelijk.
Cancellara, Gerrans, toch Cancellara, Gerrans.........weg TV-beeld.
De enige Italiaan op de hele Poggio die zich niet kon gedragen wilde ook even meekijken en liep de antenne omver.
Paniek, verontwaardiging en verwarring waren een slot aan deze wielermiddag die niet eens tot frustratie leidde, maar juist voor een passende apotheose zorgde.
Een vorm van dramatiek die juist de wielersport gemaakt heeft wat het is.
Hoe het afgelopen is zullen we nooit weten, maar dat Cancellara klaar is voor de stenenklassiekers dat staat voor mij als een huis........
Fotoalbum Milaan-San Remo 2012