Pagina's

zaterdag 16 april 2022

Henri Pélissier: 1919 en 1921

Waarschijnlijk een van de kleurrijkste coureurs die er ooit is geweest. Geen makkelijke jongen voor z'n omgeving en zeker niet voor zichzelf.
We hebben nog wel eens de neiging om topsporters ook op persoonlijk vlak te idealiseren.
Dat is niet handig want topsporters zijn in de regel egoïstisch, meedogenloos, rücksichtslos en vooral eerzuchtig.
Als topsporter moet je ook bijna maniakaal zijn. Zeker in de wielersport waar je veel en hard moet trainen. Waar je vaak van huis bent en veel onder extreme (hitte, kou, wind, nat, slechte wegen) omstandigheden aan het sporten bent.

De moderne top wielrenners lijken vaak van die aardige jongens, maar beschikken nog steeds over de eigenschappen van de topsporters van weleer.
Alleen door een stuk mediatraining hebben ze geleerd wanneer ze bepaalde dingen beter niet kunnen zeggen.

In de tijd van Henri Pélissier bestond er nog geen mediatraining. Henri Pélissier (niet te verwarren met z'n fietsende broers Francis en Charles) presteerde het dan ook met iedereen wel een keer ruzie te krijgen.
Hij floepte alles eruit wat op z'n tong kwam en dat leverde wel eens ruzie op. Met collega's, sponsors, organisatoren, media, z'n vrouw en z'n tweede vrouw.
Hoewel de laatste ruzie hem noodlottig werd trok Henri zich overal niks maar dan ook niks van aan.

Z'n leven - met name z'n wielercarrière - werd letterlijk verscheurd door de Eerste Wereldoorlog (1914-1918) en dat zal Henri ook geen goed hebben gedaan.
Hij verloor door de oorlog sowieso een aantal (Lapize, Faber) collega coureurs wat je als mens toch zal doen nadenken.
Voor iemand die z'n carrière deels verloren zag gaan in oorlogsjaren heeft hij een zeer imposante erelijst bij elkaar gefietst.

De Tour de France is natuurlijk z'n grootste overwinning. Maar Henri deed het ook erg goed in eendagskoersen. In Italië haalde hij het zowel in Milaan-San Remo als in de Ronde van Lombardije (3x!).
Dat laatste leverde hem ook een mooie bijnaam in Italië op: De Koning van de Lombardije.
Hij won ook alle drie de grote Franse klassiekers: Parijs-Tours, Bordeaux-Parijs en Parijs Roubaix.

Z'n eerste overwinning in Parijs-Roubaix was in 1919. De renners trokken voor het eerst na de Grote Oorlog door een totaal verwoest gebied richting Roubaix.
Aan die editie heeft de koers ook haar naam te danken. L'Enfer schreven de kranten. Tijdens de oorlog was de pers maar mondjesmaat in het frontgebied aanwezig geweest.
De gruwelijkheden in de loopgraven werden immers voor het gewone volk zo veel mogelijk weggehouden.
Er was onder soldaten immers steeds meer weerstand om naar het front te gaan en met name aan het einde van de oorlog had het Franse leger te kampen met veel deserteurs.

Toen in 1919 de karavaan van Parijs-Roubaix door dit hopeloze, trieste en totaal verwoeste landschap trok werd voor het grote publiek pijnlijk concreet wat er vier jaar lang gebeurd was.
De renners fietsen van ruïne naar bomkrater. Iedere ruïne stond symbool voor een verwoest gezin. Iedere loopgraaf voor de dood van honderden soldaten. Iedere heuvel voor een slagveld waar duizenden jonge mannen zijn gesneuveld.

Henri had de bijnaam Fil de Fer en was inderdaad van ijzer. Natuurlijk zal het aanzicht van de oorlogswonden ook hem wat gedaan zal hebben. Toch was Pélissier na vier jaar inactiviteit gebrand om deze Parijs-Roubaix te winnen. Hij moest en zou deze eerste editie na de oorlog winnen.
De gedrevenheid van Henri is zo groot dat als de renners voor een stilstaande trein moeten wachten hij met de fiets op de nek door de trein naar de andere kant loopt. Het typeert z'n rebelse karakter, maar ook z'n gedrevenheid om een koers te winnen.
Net iets meer dan 20 coureurs halen de finish  Niet gek want de meeste  hebben de laatste jaren nauwelijks getraind.
Voor Henri was de feestvreugde overigens snel over want na z'n winst moet hij nog een paar maanden terug naar het leger.

Podium 1919
1 Henri Pelissier
2 Philippe Thys
3 Honoré Barthélémy

In 1921 wist Henri Pélissier nog een keer de Helleklassieker te winnen en ook toen was het landschap nog steeds bezaait met puinhopen van de oorlog.
Z'n broer Francis werd tweede en in de familie werden er geen cadeaus uitgedeeld. Henri was te eergierig en wilde gewoon alles zelf winnen.

Podium 1921
1 Henri Pelissier
2 Francis Pelissier
3 Léon Scieur

Charles was de derde fietsende broer en wist twee keer op het podium van Parijs-Roubaix te komen: 1927 (3e) en 1931 (2e).

Foto (bron BNF): Over de oorlogsjaren van
Henri Pélissier is niet veel te vinden.

Na z'n loopbaan als coureur is het leven van Henri eigenlijk één groot drama geworden. Z'n vrouw pleegt zelfmoord en een paar jaar later wordt hij met het zelfde wapen door z'n nieuwe lief vermoord.
Een triest einde van één van de grootste kampioenen die Frankrijk heeft voortgebracht.

3 opmerkingen:

  1. Indrukwekkend stukje wielerhistorie.

    Hoewel ik pas echt onder de indruk van zijn ijzeren wil was geraakt moest hij met z'n fiets op de schouder door een rijdende trein gestapt zijn...;-)

    BeantwoordenVerwijderen
  2. Overigens zou het dus goed kunnen zijn dat Pélissier gevochten heeft op het terrein waar hij later deelnam aan Parijs-Roubaix.

    Wat moet dat voor een merkwaardige cocktail van emoties zijn die je dan krijgt toegediend.

    BeantwoordenVerwijderen
  3. 1919 is bekend als de traagste Parijs Roubaix ooit

    BeantwoordenVerwijderen